Ik ben van 20 juli, een echte Kreeft dus. Van Kreeften wordt gezegd dat ze leven in het verleden. Dat klopt voor een deel wel. Ik heb het daarom ook maar even opgezocht, dat verleden. Met als zoekterm: Vaccinaties baby’s 1956. Wow. Ik lees over de Bof, Difterie, Hepatitis B, Kinkhoest, Mazelen, Meningokokken, Pneunokokken, Polio, Rode Hond en weet ik wat allemaal.
De pokken. Opeens krijg ik jeuk op mijn linker bovenarm. Waar drie grote cirkels, drie grote geïmplodeerde kraters zitten. Handtekeningen die ik al mijn hele leven met me meedraag… iets met pokken dus, leeftijdsgenoten zullen dat herkennen. Nooit last van gehad, 64 jaar niet, maar nu ik ernaar kijk begint het opeens te jeuken.
Ik denk ook aan Jos een leeftijdgenoot uit Vaals, een drummer, die nogal moeilijk liep en bewoog. Zwaaiende armen en benen, maar toch een geweldig drummer. Iets met polio.
Inentingen. Ik denk aan dat gele paspoort dat ik later bij me droeg. Daarin stonden mijn inentingen. Koploper: Tetanus. Want: ongeluk met de fiets, ongeluk met de brommer, gebeten door die zo aardige hond van mijn ouders, die zich uit mijn goedbedoelde wurggreep loswrikte. Voor vijftien jaar genoeg Tetanus in mijn lichaam gespoten. Niet meer doen dus. Tot ik twee jaar geleden het vel van mijn linker duim er tot op het bot afsneed en er niet eens meer werd gevraagd naar dat gele paspoort. Injecteren en wel meteen!
Een Tetanusinjectie is wat anders dan een vaccin injecteren, dat weet ik ook wel, maar het stond er toch gewoon bij in dat gele paspoort. Dat ik bij me droeg als ik voor mijn werk op verre reizen ging. Naar Colombia of Korea bijvoorbeeld. Daarin stonden dan de nieuwe inentingen genoteerd. Tegen Gele Koorts, Difterie, nog maar eens Hepatitis B, weet ik veel. Ik ben een enorme Dombo als het gaat om die vaccinaties van vroeger, maakte me er ook nooit druk om. Wilde je naar sommige landen, dan moest je speciale inentingen krijgen. Dus haalde je die. Punt. Nooit last van gehad. Behalve dan van die vreselijke malariapillen, die soms ook nog werden aanbevolen. Lariam. Bestaat die troep nog?
Whatever…een prikje hier, een prikje daar… So be it. Als dat je wereld verruimde… doe maar. Maar die wereld is veranderd. WIJ zijn veranderd. Mondiger geworden. Behoedzamer geworden. Kritischer geworden. En dat is goed. Zoals ook die hele discussie over vaccinaties goed is. Zolang we maar zelf een keuze kunnen maken, elkaar daarin respecteren en niet gek maken.
Soms denk ik de laatste tijd dat er iets mis is gegaan met mijn geboorteakte, dat ik geen Kreeft maar een Weegschaal ben. Ik ben een twijfelaar geworden. Dat begon met het overlijden van mijn beide zussen en de vragen die ik daarop kreeg: Wat ga jij doen? Begraven of cremeren? Pfff, ik weet het niet, nog niet. En ik blijf twijfelen.
Zo is het ook met de vragen die ik nu krijg over vaccineren. Wat ga je doen straks als dat coronavaccin er is? Ik sta vooraan, zei mijn eerste opwelling. Ik kijk het eerst nog een tijdje aan, dacht ik daarna. Aan mijn lijf geen polonaise fluisterde ondertussen een stemmetje in mijn hoofd.
Vroeger zou ik dus zeggen: Doe maar, meteen. Maar ook ik ben sceptischer geworden. We weten meer, kunnen overal informatie vandaan halen. En hoe meer we weten, hoe meer ruimte er ook is voor twijfels, theorieën en verwarring. Terwijl we juist steeds meer vinden dat we een mening moeten hebben.
Wel doen of niet doen? Een nieuwe aantekening in dat gele paspoort? Waar is dat eigenlijk gebleven? Ik heb er vandaag naar gezocht. Niet gevonden. Wel een paspoort van mijn laatste hond Sammy. Met zelfs jaarlijkse inentingen.
Ik twijfel dus. Mag dat? Ja, dat mag. ‘Hoe slimmer we worden, hoe moeilijker we het gaan krijgen’, zei mijn vader toen ik klein was. Met terugwerkende kracht begrijp ik wat hij toen bedoelde.
Vraagtekens. Keuzestress.
Ik neig trouwens momenteel naar cremeren. Maar dat kan morgen weer anders zijn.